Korte levensgeschiedenis: Eduard Einstein

Korte levensgeschiedenis: Eduard Einstein

* 28 juli 1910 Zürich, † 25 oktober 1965 Zürich

Op 28 juli in 1910 werd Eduard, de tweede zoon van Albert Einstein (1879-1955) en Mileva Maric (1875-1948), in Zürich geboren. Van zijn moeder kreeg hij de bijnaam “Tete”. Eduard was een gevoelig kind dat vaak ziek was. In 1914 verhuisde Eduard met zijn gezin naar Berlijn. Omdat Mileva niet van Berlijn hield en het huwelijk met Einstein stukliep, besloot zij korte tijd later met haar zonen naar Zürich te verhuizen. Ze scheidden in 1919. Eduard en vooral zijn oudere broer Hans Albert (1904-1973) hadden veel te lijden onder de scheiding van hun ouders.

In Zürich zorgde Mileva voor de opvoeding van haar zoons. Eduard, een zeer getalenteerde leerling, maakte vooral een goede indruk door zijn grote intellectuele en muzikale begaafdheid. Ondanks de scheiding bezocht Einstein zijn zonen en Mileva vaak in Zürich. Ook ondernam hij kleine reisjes met zijn zoons. Eduard slaagde in 1929 als een van de beste leerlingen voor zijn A-diploma. Daarna begon hij medicijnen te studeren. Hij wilde psychiater worden.

Op twintigjarige leeftijd begon Eduard aan schizofrenie te lijden. Dat gebeurde in 1930. Mileva zorgde liefdevol voor haar “Tete”. In 1932 moest hij voor het eerst naar “Burghölzli”, een psychiatrisch sanatorium in Zürich. Maar het zou niet voor de laatste keer zijn. Eduard stopte met zijn studie. De problemen met haar zieke zoon en de hoge kosten veroorzaakt door de verblijven in het sanatorium waren een grote last voor Mileva.

Albert Einstein en zijn tweede vrouw Elsa emigreerden in de herfst van 1933 naar de Verenigde Staten. Daar vond hij een nieuwe werkplek in Princeton, New Jersey. Eduard’s broer, Hans Albert, ging in 1938 ook met zijn gezin naar de Verenigde Staten.

1948, na de dood van zijn moeder woonde Eduard slechts ca. 9 jaar in “Burghölzli” (van 1948 tot 1965), de resterende tijd woonde hij in pleeggezinnen. Toen hij in 1957 in het ziekenhuis werd opgenomen leek dit aanvankelijk een tijdelijke herhuisvesting, maar door de ziekte van zijn pleegmoeder werd dit een duurzame oplossing. In 1965 overleed hij in het “Burghölzli”. Hij overleefde zijn vader met tien jaar.

Leave a Reply