Vogelpokken

Huidlaesies veroorzaakt door vogelpokken Bron: The Merck Veterinary Manual

Hoenderpokken is een relatief langzaam verspreidende virale infectie die de meeste vogelsoorten treft, waaronder alle commerciële vormen van pluimvee. De ziekte komt voor in zowel een natte als een droge vorm. De natte vorm wordt gekenmerkt door plaques in de mond en de bovenste luchtwegen. De droge vorm wordt gekenmerkt door wratachtige huidlaesies die uitgroeien tot dikke korsten. De ziekte kan zich op elk moment en bij elke leeftijd van de vogels voordoen. Het sterftecijfer is meestal niet hoog, tenzij de luchtwegen ernstig zijn aangetast. Waterpokken kan leiden tot depressie, verminderde eetlust en slechte groei of eiproductie. Het verloop van de ziekte bij de individuele vogel duurt drie tot vijf weken.

Wat veroorzaakt vogelpokken?

Vogelpokken wordt veroorzaakt door een aviair DNA-pokkenvirus. Er zijn vijf of zes nauw verwante virussen die in de eerste plaats verschillende vogelsoorten treffen, maar er is enige kruisbesmetting. Besmetting vindt plaats door schaafwonden of beten van de huid, via de ademhalingswegen en mogelijk door ingestie van infectieuze korsten. Het kan worden overgedragen door vogels, muggen of fomites (levenloze voorwerpen zoals apparatuur). Het virus is zeer resistent in gedroogde korsten en kan onder bepaalde omstandigheden maandenlang overleven. Muggen kunnen na het voeden van besmette vogels nog een maand of langer infectieus virus vasthouden en vervolgens andere vogels besmetten. Herstelde vogels blijven geen drager. Een koppel kan verscheidene maanden besmet zijn, aangezien vogelpokken zich langzaam verspreiden.

Preventie en behandeling van vogelpokken

Er bestaat geen behandeling voor vogelpokken en de preventie vindt plaats door vaccinatie van vervangende vogels. Bij preventieve vaccinatie worden alle vervangende kuikens gevaccineerd als ze zes tot tien weken oud zijn en één toepassing van het vaccin tegen vogelpokken leidt tot permanente immuniteit. Vaccinatie van vleeskuikens is gewoonlijk niet nodig, tenzij de muggenpopulatie groot is of er zich eerder infecties hebben voorgedaan. Kuikens kunnen al op de leeftijd van één dag worden gevaccineerd. Tijdens uitbraken kunnen niet-betrokken koppels en individuen gevaccineerd worden om de verspreiding te beperken. Als er aanwijzingen zijn voor een secundaire bacteriële infectie, kunnen breedspectrumantibiotica helpen om de morbiditeit en de mortaliteit te verminderen. Aangezien muggen bekende reservoirs zijn, kunnen muggenbestrijdingsprocedures van enig nut zijn bij het beperken van de verspreiding bij in stallen opgesloten pluimvee.

Leave a Reply