Plaatjesfunctie bij gedialyseerde en niet-gedialyseerde patiënten met chronisch nierfalen

Bloedplaatjesfunctiestudies werden uitgevoerd bij gezonde vrijwilligers, patiënten met stabiel chronisch nierfalen, ziekenhuisdialysepatiënten en thuisdialysepatiënten. Bij de niet-gedialyseerde patiënten met chronisch nierfalen was er een omgekeerd exponentieel verband tussen serum creatinine en de aanhechting van bloedplaatjes, wat wijst op een progressieve verslechtering van de aanhechting van bloedplaatjes bij creatinines van meer dan 6 mg/100 ml. Bij de dialysepatiënten was er een omgekeerd lineair verband tussen het aanhechtingsvermogen van bloedplaatjes en creatininewaarden vóór de dialyse. De aggregatie van bloedplaatjes door ADP was normaal bij patiënten met chronische nierinsufficiëntie met serumcreatinines van minder dan 6 mg/100 ml, maar was verzwakt bij de anderen. Beide groepen dialysepatiënten hadden ook een verminderde bloedplaatjesaggregatie, maar verbetering lijkt te kunnen worden verkregen door thuisdialyse. De resultaten suggereren dat bij chronisch nierfalen de bloedplaatjesfunctie normaal is totdat het serum creatinine meer dan 6 mg/100 ml bedraagt en daarna progressief verslechtert. Verbetering wordt niet verkregen door 12 m2 uur ziekenhuisdialyse, maar wel door 18 m2 uur per week thuisdialyse. Onderzoek van de bloedplaatjesfunctie kan van waarde zijn bij de beoordeling van de geschiktheid van de dialyse.

Leave a Reply