MIT Press

Hoe het betekenisloze proces van natuurlijke selectie doelbewuste wezens voortbrengt die betekenis vinden in de wereld.

In Van Darwin tot Derrida legt evolutiebioloog David Haig uit hoe een fysieke wereld van materie in beweging heeft geleid tot een levende wereld van doel en betekenis. Natuurlijke selectie, een proces zonder doel, geeft aanleiding tot doelbewuste wezens die betekenis vinden in de wereld. De sleutel hiertoe, zo stelt Haig, is het ontstaan van veranderlijke “teksten” – genen – die een verslag bewaren van wat er in de wereld heeft gewerkt. Deze teksten worden de specificaties voor de ingewikkelde mechanismen van levende wezens.

Haig put uit een breed scala van bronnen – van Laurence Sterne’s Tristram Shandy tot Immanuel Kant’s Kritiek van de Macht van het Oordeel tot het werk van Jacques Derrida tot de laatste bevindingen over genoverdracht, duplicatie en expressie – om zijn betoog te houden. Genen en hun effecten, legt hij uit, zijn als eieren en kippen. Eieren bestaan om kippen te worden en kippen om eieren te leggen. De effecten van een gen hebben een oorzakelijke rol in het bepalen welke genen worden gekopieerd. Een gen (beschouwd als een lijn van materiële kopieën) blijft bestaan als zijn lijn consequent geassocieerd is geweest met overleving en voortplanting. Organismen kunnen worden opgevat als interpretatoren die informatie uit de omgeving koppelen aan zinvolle actie in de omgeving. Betekenis, zo stelt Haig, is het resultaat van een interpretatieproces; er is een continuüm van de allereenvoudigste vormen van interpretatie, die zich voordoen in afzonderlijke RNA-moleculen in de buurt van de oorsprong van het leven, tot de meest verfijnde. Leven is interpretatie – het gebruik van informatie in keuzes.

Leave a Reply