Histologiegids
Hoofdstuk 1 – De cel
Het doel van dit hoofdstuk is te leren hoe je met behulp van lichtmicroscopie naar interessante zaken in histologische preparaten kunt zoeken. Een verscheidenheid van cellen, weefsels, en organen worden als monsters gegeven.
Karakteristieken om op te merken en te observeren:
- Grootte van de cel
- Vorm van de cel
- Nucleaire/cytoplasmatische verhouding
- Chromatinecondensatie: heterochromatine of euchromatine
- Cytoplasmatische kleuring: basofiel of acidofiel
- Secretiekorrels
- Speciale kleuringseigenschappen
Lichtmicroscoop
Een microscoop is een instrument dat wordt gebruikt om voorwerpen te zien die te klein zijn om met het blote oog te worden waargenomen.
Histologische kleurstoffen
Biologisch materiaal heeft van nature een laag contrast en is weinig zichtbaar in een standaard helderveldmicroscoop, tenzij het behandeld is met een histologische kleurstof.
Hematoxyline en eosine zijn de meest gebruikte kleurstoffen in de histologie en de pathologie. De volgende objectglaasjes demonstreren de kleureigenschappen van deze kleurstoffen alleen, en wat nog belangrijker is, in combinatie.
Cellen en weefsels
De cel is de fundamentele structurele en functionele eenheid van alle levende organismen. Cellen variëren sterk in grootte en vorm, afhankelijk van hun functie. Microscopen worden gebruikt om cellen te bestuderen omdat de meeste niet met het blote oog kunnen worden gezien.
Het is niet nodig om de namen van specifieke cellen en weefsels voor dit hoofdstuk te leren, maar eerder om variaties in de grootte, vorm en kleuringseigenschappen van cellen te leren herkennen.
andere vlekken
Naast hematoxyline & eosine (H&E), kunnen andere histologische vlekken worden gebruikt om verschillende kenmerken van cellen aan te tonen.
Purkinje Cellen
Verschillende kleuringen en technieken kunnen worden gebruikt om cellen en structuren te identificeren. Deze weefseldoorsneden tonen verschillende methoden die kunnen worden gebruikt om Purkinjecellen in het cerebellum te visualiseren.
Mitose
Mitose is het proces waarbij één cel twee dochtercellen doet ontstaan. De chromosomen van de oudercel worden gedupliceerd en gescheiden in de twee kernen van de dochtercellen.
Leave a Reply