Exploratorium: Kikkers: De verbazingwekkende, aanpasbare kikker / pagina 2 van 6
Pagina 2 van 6 |
Drie soorten poten: De achterpoot van een brulkikker (links), de voorpoot van een pad (midden), en de voorpoot met ronde tenen van een boomkikker (rechts.) Foto’s van Amy Snyder. |
De twee voorpoten van een kikker hebben elk vier tenen, terwijl de achterpoten elk vijf tenen hebben. Waterkikkers hebben waarschijnlijk lange, sterke poten met achterpoten met zwemvliezen om ze te helpen bij het zwemmen. Kikkers die op het land leven hebben meestal kortere poten om te kunnen lopen en klimmen. Boomkikkers hebben grote, ronde teenzolen die hen helpen zich aan takken vast te klampen. Deze teenkussens werken als zuignappen om de kikker te helpen zich vast te houden aan natte bladeren en andere gladde oppervlakken.
De Costa Ricaanse vliegende boomkikker zweeft van tak tot tak met de hulp van zijn voeten. Webbing tussen de tenen van de kikker opgeblazen met lucht als een parachute, houdt de kikker in de lucht als hij zeilt van boom naar boom.
Amerikaanse brulkikker (Rana catesbiana); niet te verwarren met een pad. Foto door Amy Snyder. |
|
Kikkers en padden: Technisch gesproken, zijn padden kikkers. Beide behoren tot de orde Anura, een groep die door deskundigen meestal eenvoudig kikkers wordt genoemd. Binnen deze grote groep wordt de naam “pad” gegeven aan die met een droge, wrattige huid en korte achterpoten om te lopen in plaats van te springen. Die met een gladde, vochtige huid en lange, sterke, gevlochten achterpoten om te zwemmen en te springen worden kikkers genoemd. Over het algemeen leven kikkers in een vochtig klimaat en leggen ze hun eieren in trossen, terwijl padden in een droger klimaat leven en hun eieren in lange ketens leggen. Maar wees gewaarschuwd: de grens trekken tussen kikkers en padden kan lastig zijn. Zo zijn er kikkers met een wrattige huid, en padden met een slijmerige huid. Veel soorten passen even goed in beide categorieën. |
|
De kikkerwachter van het Exploratorium Ned McAllister bespreekt de voedingsgewoonten van kikkers, padden en kikkervisjes. |
Spadevoetpadden hebben harde, hoornachtige uitgroeisels op hun achterpoten. Deze klauwachtige “schoppen” helpen hen koele ondergrondse holen te graven in het droge klimaat waar ze leven. In tegenstelling tot de meeste dieren graven spadevoetpadden achterwaarts. Terwijl ze met hun achterpoten graven, bewegen ze zich in een achterwaartse spiraal en verdwijnen geleidelijk in de aarde.
Kikkers eten bijna alle levende prooien die ze kunnen vinden, waaronder insecten, slakken, spinnen en wormen, of kleine vissen. Sommige grotere kikkers eten zelfs grotere prooien: De sierlijke gehoornde kikker van Argentinië kan een muis in één mondvol opslokken. Alle prooi wordt in zijn geheel doorgeslikt, omdat kikkers niet kunnen kauwen. Als ze al tanden hebben, zitten die meestal alleen in de bovenkaak, en worden ze gebruikt om de prooi vast te houden en niet om te bijten of te kauwen.
Sommige kikkers vangen insecten met een lange kleverige tong. Het duurt minder dan een seconde voor de tong van een kikker om uit te rollen, zich te hechten aan de prooi, en terug te rollen in de mond van de kikker. Hogesnelheidsfotografie heeft aangetoond dat de ogen van de kikker volledig sluiten als de tong wordt uitgestoken. Aangezien kikkers niet kunnen zien terwijl ze toeslaan, kunnen ze alleen een vangst doen door van tevoren zorgvuldig te mikken. Intussen hebben niet alle kikkers een tong. Tongloze kikkers gebruiken hun vingers om prooien te vangen en in hun bek te stoppen.
Het vangen van snel bewegende insecten vereist een goed gezichtsvermogen. De grote ogen van kikkers zien een breed scala van kleuren en zien ook goed in schemerig licht. Het is bijna onmogelijk om een kikker te besluipen, omdat hij met zijn uitpuilende ogen in alle richtingen kan zien zonder zijn kop te bewegen. De plaatsing van de ogen — bovenop de kop — stelt een kikker in staat in het water te zitten met alleen zijn ogen en neus boven het wateroppervlak.
De ogen van kikkers hebben een verrassende hulpfunctie: ze helpen bij het slikken. Als een kikker zijn prooi doorslikt, zinken de ogen door openingen in de schedel en helpen het voedsel door de keel te persen. Dit is de reden waarom kikkers lijken te knipperen als ze eten.
Leave a Reply