Deze beroemde historische figuren hadden unieke fobieën
Alfred Hitchcock had een aantal eigenaardige gewoonten en mentale nukken, maar geen enkele meer dan zijn haat en diepe angst voor kippeneieren
De filmregisseur Alfred Hitchcock had een complexe relatie met voedsel. Hij at biefstuk en ijs, maar zwol daarna in intense vlagen van schuldgevoel en zelfverachting. Maar niets was zo vreemd als zijn relatie met eieren. Simpel gezegd, Hitchcock leed aan ovofobie. Hij had een angst voor eieren – en vooral kippeneieren joegen hem angst aan.
“Ik ben bang voor eieren,” zei hij eens tegen een interviewer. “Dat witte ronde ding zonder gaatjes⦠heb je ooit iets walgelijkers gezien dan een eierdooier die ademt en zijn gele vloeistof morst?” Wat deze vreemde fobie precies veroorzaakte, blijft een mysterie. Zeker is dat Hitchcock zelf nooit heeft toegegeven dat hij een eier-gerelateerd trauma heeft gehad. Ook had hij geen slechte ervaringen met het eten van eieren – in feite haatte hij ze, ondanks het feit dat hij er nog nooit een had geprobeerd te eten.
Hoewel zijn fobie voor kippeneieren misschien wel Hitchcock’s meest bizarre angst was, het was zeker niet zijn enige. De Engelsman stond bekend om zijn angst voor veel verschillende dingen. Hij genoot zelfs van zijn angsten en fobieën en gebruikte ze als een creatieve kracht. Hij was bijvoorbeeld bang voor seks, was doodsbang voor hoogtes en had zelfs een levenslange angst om per ongeluk te worden gearresteerd en voorgoed te worden opgesloten – een angst die naar verluidt terugging tot zijn kindertijd, toen zijn vader hem liet opsluiten in een plaatselijke politiecel om hem een lesje te leren als hij zich misdroeg.
Leave a Reply