Cochrane

Wat is bevriezing?

Vriesblindheid is een verwonding van de huid en de weefsels eronder die wordt veroorzaakt door blootstelling van de huid aan vriestemperaturen. Vriestemperaturen veroorzaken de vorming van ijskristallen in het weefsel, waardoor de bloedtoevoer naar het weefsel vermindert en het weefsel beschadigd raakt. De meest voorkomende lichaamsdelen zijn de vingers, tenen, neus, oren en wangen. Symptomen zijn gevoelloosheid in de getroffen gebieden, gecombineerd met een bleke, wasachtige verkleuring van de huid, uiteindelijk gevolgd door blaren en zwelling. Als de getroffen gebieden niet worden opgewarmd en de blootstelling aan de kou voortduurt, kunnen diepere weefsellagen worden aangetast, wat uiteindelijk kan leiden tot verlies van het weefsel, dat wil zeggen verwijdering van vingers of tenen (amputaties).

Het opwarmen (opnieuw opwarmen) van bevroren gebieden kan ernstige pijn veroorzaken. Momenteel bestaat de behandeling uit:

– snelle heropwarming van het getroffen gebied in een bubbelbad van 37 °C tot 39 °C;

– toediening van pijnstillende medicijnen aan de patiënt in de vorm van aspirine en ibuprofen; en

– als het getroffen gebied na heropwarming niet normaal wordt, overbrenging van de patiënt naar het ziekenhuis voor verdere behandeling.

In ziekenhuizen kunnen verschillende gespecialiseerde behandelingen worden gegeven, waaronder een medicijn genaamd “iloprost”, dat de bloedstroom naar bevroren gebieden kan vergroten. Men hoopt dat iloprost de schade aan bevroren weefsel kan herstellen.

Hoe actueel is het bewijsmateriaal?

Het bewijs in deze review omvat onderzoek gepubliceerd tot 25 februari 2020.

Wat hebben we gedaan?

We zochten naar studies die geneesmiddelen die het hele lichaam beïnvloeden, of behandelingen die op de huid worden aangebracht (topische therapieën), of heropwarmingstechnieken die worden gebruikt om bevriezingsletsels te behandelen, vergeleken met een andere behandeling voor bevriezing, of een ‘dummy’ behandeling (placebo), of geen behandeling. We zochten naar gerandomiseerde gecontroleerde studies, waarin de ontvangen behandelingen willekeurig werden bepaald, omdat deze studies gewoonlijk het meest betrouwbare bewijs leveren over de effecten van behandelingen.

We waren geïnteresseerd in:

– het risico op amputatie;

– ernstige en niet-ernstige ongewenste effecten van de behandeling (adverse events);

– hevige pijn, vooral bij het opnieuw opwarmen;

– langdurige pijn;

– hoe goed mensen met bevriezing activiteiten van het dagelijks leven konden uitvoeren;

– de kwaliteit van leven zoals ervaren door mensen met bevriezingsverschijnselen;

– het aantal mensen dat zich uit de behandeling terugtrok vanwege problemen veroorzaakt door de therapie;

– de duur dat mensen hun werk niet konden doen vanwege bevriezingsverschijnselen;

– de duur van de tijd tot volledige terugkeer naar het werk;en

– het aantal sterfgevallen.

Wat hebben we gevonden?

We vonden één gerandomiseerde gecontroleerde trial (RCT) met 47 mensen die gered waren door bergreddingsteams in de Franse Alpen. Iedereen werd behandeld met een dosis van twee geneesmiddelen, aspirine en buflomedil, en vervolgens toegewezen aan een van de drie groepen voor verdere behandeling.

Groep 1 kreeg extra buflomedil (sinds deze RCT plaatsvond, werd buflomedil uit gebruik genomen wegens meldingen van ernstige bijwerkingen in verband met het gebruik ervan);

Groep 2 kreeg een ander geneesmiddel, iloprost genaamd;

Groep 3 kreeg iloprost en een stof die van nature betrokken is bij de afbraak van bloedklonters (recombinant weefselplasminogeenactivator (rtPA)).

Wat zijn de resultaten van ons onderzoek?

Mensen die iloprost of iloprost in combinatie met rtPA kregen, hadden minder amputaties dan degenen die buflomedil kregen. Er was weinig of geen verschil tussen het aantal amputaties bij mensen die iloprost kregen in vergelijking met degenen die iloprost in combinatie met rtPA kregen.

In de studie werden bijwerkingen gerapporteerd, maar deze werden niet toegeschreven aan de verschillende behandelingen. Bijwerkingen waren onder meer opvliegers, zich ziek voelen (misselijkheid), hartkloppingen en braken. Er waren geen terugtrekkingen uit de proef vanwege ongewenste effecten van de behandeling, en er waren geen sterfgevallen.

Deze RCT rapporteerde niet over intense pijn, langdurige pijn, activiteiten van het dagelijks leven, kwaliteit van leven, verlof of tijd tot volledige terugkeer naar het werk.

Er zijn RCT’s van hoge kwaliteit nodig om het resultaat van deze studie te bevestigen, en om vast te stellen wat de beste manier is om bevriezingsletsel te behandelen.

Hoe betrouwbaar zijn deze resultaten?

Omdat we slechts één, slecht gerapporteerde RCT met mogelijke problemen in de opzet en een zeer klein aantal deelnemers hebben opgenomen, is ons vertrouwen in de bevindingen ervan zeer laag.

Leave a Reply