Christopher Isherwood
Christopher Isherwood, bijnaam van Christopher William Bradshaw-Isherwood, (geboren 26 augustus 1904, High Lane, Cheshire, Engeland – overleden 4 januari 1986, Santa Monica, Californië, VS.), Engels-Amerikaanse romanschrijver en toneelschrijver, vooral bekend om zijn romans over Berlijn in de vroege jaren 1930.
Na gewerkt te hebben als secretaresse en privé-leraar, kreeg Isherwood een zekere mate van coterie-erkenning met zijn eerste twee romans, All the Conspirators (1928) en The Memorial (1932). In de jaren dertig werkte hij samen met zijn vriend W.H. Auden aan drie verse drama’s, waaronder The Ascent of F6 (1936). Maar het was in 1929 dat hij het thema vond dat hem grote bekendheid zou geven. Tussen 1929 en 1933 woonde hij in Berlijn, waar hij een buitenstaandersblik kreeg op de gelijktijdige teloorgang van de Weimar Republiek en de opkomst van het nazisme. Zijn romans Mr. Norris Changes Trains (1935; The Last of Mr. Norris) en Goodbye to Berlin (1939), die later samen werden gepubliceerd als The Berlin Stories, vestigden zijn reputatie als belangrijk schrijver en vormden de inspiratiebron voor het toneelstuk I Am a Camera (1951; film 1955) en de musical Cabaret (1966; film 1972). Deze boeken zijn afstandelijke maar humoristische studies van dubieuze personages die louche expatlevens leiden in de Duitse hoofdstad. In 1938 publiceerde Isherwood Lions and Shadows, een amusant en gevoelig verslag van zijn vroege leven en vriendschappen als student aan de Universiteit van Cambridge.
De komst van de Tweede Wereldoorlog bracht niet alleen een verandering in Isherwood’s manier van schrijven, maar ook een permanente verandering van woonplaats. Hij emigreerde in 1939 naar de Verenigde Staten en vestigde zich in het zuiden van Californië, waar hij les gaf en schreef voor Hollywood films. Hij werd genaturaliseerd in 1946. Het was ook in 1939 dat Isherwood zich wendde tot het pacifisme en de zelfverloochening van de Indiase Vedanta, en een volgeling werd van Swami Prabhavananda. In de daaropvolgende decennia produceerde Isherwood verschillende werken over Vedanta en vertalingen met Prabhavananda, waaronder een van de Bhagavadgita.
Isherwoods naoorlogse romans bleven zijn persoonlijke stijl van fictionele autobiografie vertonen. A Single Man (1964; film 2009), een korte maar zeer gewaardeerde roman, presenteert een enkele dag uit het leven van een eenzame homoseksueel van middelbare leeftijd. Tot zijn uitgesproken autobiografische werken behoren een zelfonthullende memoires van zijn ouders, Kathleen and Frank (1971); een retrospectieve biografie van hemzelf in de jaren dertig, Christopher and His Kind (1977); en een studie over zijn relatie met Prabhavananda en Vedanta, My Guru and His Disciple (1980). Dagboeken: Deel één: 1939-1960 (1996), The Sixties: Dagboeken: 1960-1969 (2010), en Bevrijding: Dagboeken: Volume Three: 1970-1983 (2012) werden postuum gepubliceerd.
Van 1953 tot aan zijn dood leefde Isherwood samen met Don Bachardy, een schilder en portrettist, en beiden raakten later betrokken bij de homorechten.
Leave a Reply