Adjuvante hyperbare zuurstoftherapie (HBO2) voor de behandeling van necrotiserende fasciitis verlaagt mortaliteit en amputatiegraad
Doelstelling: Een retrospectieve analyse van 42 patiënten met necrotiserende weke delen infecties behandeld met aanvullende HBO2 om de werkzaamheid en veiligheid vast te stellen. De totale mortaliteit bedroeg 11,9% en de morbiditeit 5%.
Samenvatting achtergrondgegevens: Necrotiserende weke delen infecties hebben historisch gezien hoge percentages mortaliteit en morbiditeit, inclusief amputatie. Veel voorkomende misvattingen die wijdverbreid gebruik van adjunctieve HBO2 voor deze diagnose verhinderen, omvatten vertragingen tot chirurgie, verhoogde morbiditeit, en aanzienlijke complicaties.
Methoden: Tweeënveertig opeenvolgende patiënten (gemiddelde leeftijd 56,1) met necrotiserende fasciitis die zich presenteerden in een groot verwijzingscentrum, werden behandeld met aanvullende HBO2 als onderdeel van een agressief programma van chirurgie, antibiotica en kritieke zorg. Betrokken gebieden waren de onderbuik (15 patiënten), dij en perineum (9 patiënten), flank (4 patiënten), onderbeen (3 patiënten), en arm, schouder, en axilla (2 patiënten). Co-morbiditeiten waren diabetes mellitus, chronische nierinsufficiëntie, intraveneus drugsmisbruik, perifere vasculaire aandoeningen en maligniteit.
Resultaten: De mortaliteit bedroeg 11,9% (5 patiënten). Beide amputaties (een vinger en een penis), vonden plaats voor het transport naar onze instelling. Het gemiddelde aantal chirurgische debridementen was 2,8 per patiënt; 1,25 uitgevoerd voor de start van HBO. Het infectieuze proces was onder controle nadat gemiddeld 7 HBO2 behandelingen waren toegediend om succesvolle wondsluiting te verzekeren. Complicaties bestonden slechts uit een mild oorbarotrauma bij 3 patiënten (7%), en opsluitingsangst bij 17 (41%), maar vormden geen beletsel voor behandeling.
Conclusie: In vergelijking met nationale rapporten van resultaten met “standaard” regimes voor necrotiserende fasciitis, toont onze ervaring met HBO2, aanvullend op uitgebreide en agressieve behandeling, een verminderde mortaliteit (34% v. 11,9%), en morbiditeit (amputaties 50% v. 0%). De behandelingen waren veilig en geen uitstel van chirurgie of interferentie met standaard therapie kon worden toegeschreven aan HBO2.
Leave a Reply